De wereld van Dee is klein en veilig. Ze kent iedereen in de flat waar ze woont, haar twee beste vrienden wonen dichtbij. Ze kent de slager, de postbode, de oudste bewoner. Maar ze weet eigenlijk heel weinig over zichzelf en de wereld die ze kan zien vanaf de hoogste verdieping.
“Is het erger om gewoon altijd alleen te zijn en je niets anders te herinneren? Of is het erger dat er ooit iemand was die van je hield en dat je die dan kwijtraakt?”
Lexi (9 jaar), de hoofdpersoon in het nieuwste boek van Griet op de Beeck, is een dapper, maar ook tragisch personage. Een kind dat in een situatie is gekomen die pedagogisch niet helemaal verantwoord is. Haar moeder wordt opgenomen in een kliniek omdat ze niet met de rouw om kan gaan die haar overviel nadat het tweelingbroertje van Lexi, Amos, is overleden. De vader van Lexi kan de zorg voor zijn dochter niet alleen aan en brengt haar voor onbepaalde tijd naar zijn zus, tante Arizona.
Een boterham met tevredenheid, levertraan, tbc, telegrammen, muziek uit een pick-up en bellen in een telefooncel. Veel dingen die heel gewoon waren voor kinderen in de jaren ‘50 kennen we nu niet meer. Door het heerlijke nieuwe boek van Jacques Vriens ben je eventjes in een heel andere tijd: de tijd van vlak na de Tweede Wereldoorlog.
Voor veel kinderen is de eerste schooldag spannend. Maar als je uit een ander land, een andere cultuur komt, is het helemaal spannend of je ‘erbij past’.
Dyslectische mensen zijn creatief, vindingrijk, kunnen goed improviseren en hebben een sterke intuïtie. Zomaar wat bijzondere eigenschappen die je niet direct associeert met een kind in de klas die de ene na de andere spelfout maakt. Toch is het goed om dat kind nog eens goed te observeren: hij of zij voelt zich onzeker en anders dan de andere kinderen omdat hij niet kan wat iedereen lijkt te kunnen: foutloos lezen en schrijven. Met de intelligentie van een kind met dyslexie is echter niks mis. Hij of zij verwerkt informatie alleen op een andere manier in het brein.
Een boek dat de dood ademt zonder dat het te zwaar wordt. Een troostrijk boek voor kinderen die rouwen om een dierbare. In het boek wordt door de 11-jarige hoofdpersoon die in de zomer bij haar opa en oma logeert nadat haar vader is overleden, meermaals de ingewikkelde vraag gesteld: waarom gaat iedereen om me heen dood? De dood is altijd aanwezig in het leven: een bruinvis die aanspoelt, een kat die dode kittens ter wereld brengt. Het is verdrietig, maar je moet ermee leren omgaan. Dit boek helpt daarbij en het is prachtig geschreven. Rustig, langzaam, met zinnen die je nog een keer wilt lezen.
Wist jij dat we in Nederland onze eigen Sagrada familia hebben? De kathedraal die 125 jaar na de bouw nog steeds niet helemaal af is? (Ik wist het ook niet :)) Het is de KoepelKathedraal in Haarlem, een bijzonder bouwwerk waar veel te zien en te ontdekken is.
Het nieuwste boek van Thé Tjong-Khing maakte hij in samenwerking met de KoepelKathedraal en is een spannend verhaal over een achtervolging, maar ook een tocht langs verschillende werkzaamheden in een kathedraal. Verschillende beroepen komen langs: schilder, restaurateur, opzichter of orgelbouwer.
Terwijl Markus op jacht gaat naar het kleine grijze mannetje die een robijn stal, komt hij langs verschillende vertrekken in de kathedraal. Op paginagrote spreads is veel te bekijken in de heerlijke illustraties van Thé Tjong-Khing. Juist de details en de specifieke begrippen die horen bij een gebouw als dit (koor, dwarsschip, mozaïek, plebanie, monstrans) maken het tot een rijk boek, waar jonge lezers wel wat uitleg van een ouder of leerkracht bij kunnen gebruiken.
Het is eigenlijk een leeftijdsloos boek. Ook voor volwassenen is er veel te leren en te bekijken. Vooral als je in Haarlem woont en weleens in de kathedraal bent geweest, is het vast een feest van herkenning.
Maar ook als je niet in de gelegenheid bent om déze kathedraal te bezoeken is het een waardevol boek voor bij het thema beroepen of gebouwen/architectuur. Op kinderboeken.nl is een mooie lesbrief bij het boek te vinden!