Zelf lezen

Paard paard tijger tijger

Fantastisch. Deze schrijver Mette Eike Neerlin is echt geweldig. Het doet me denken aan Anna Woltz en Per Nilsson: de staccato stijl, de intense gevoelens van de hoofdpersoon en tegelijk de onwaarschijnlijke gebeurtenissen die je toch zonder morren voor waar aanneemt.

Honey stapt op een dag namelijk in een verkeerde bus en stapt bij een verkeerde halte uit. Dan loopt ze met een verkeerde man mee naar een verkeerd huis. Daar maakt ze kennis met Marcel, hij ligt in een hospice want hij ligt op sterven.

Tot zover het onwaarschijnlijke (deel van het) plot. Het is een bloedmooi plot. Het klopt gewoon. Honey is een meisje van vlees en bloed: ze jokt, draait en twijfelt. Haar oudere zus is verstandelijk beperkt en zit haar op haar nek. Haar vader is een groot kind. En dan heeft Honey ook nog een hazenlip. En ze is verliefd!

Teveel voor één boek? Zeker niet, dit boek klopt. Wat een schrijver.

Geen categorie

Queer en diversiteit in (jeugd)literatuur

Ik was bij de studium generale lezing van Pim Lammers en Edward van de Vendel over queer in onze (jeugd)literatuur. Op de site brainwash.nl wordt queer als volgt beschreven:

“Queer zijn betekent dat je je afzet tegen traditionele genderrollen en dat je je afzet tegen seksualiteiten als tegengesteld.”

Ik vind het belangrijk om aan dit onderwerp aandacht te besteden binnen onze pabo’s. Basisscholen moeten de plek zijn waar kinderen zichzelf kunnen zijn en zichzelf kunnen leren kennen. Leraren moeten onbevooroordeeld naar hen kunnen kijken en nieuwsgierig zijn naar hun belevingswereld. En ze moeten weten welke boeken ze kunnen (voor)lezen zodat ieder kind zich hierin zou kunnen herkennen.

Pim Lammers schreef ‘het eerste transgender prentenboek’ Het lammetje dat een varken is. Hij kreeg fantastische reacties van kinderen, maar ook negatieve van collega schrijvers: zo’n boek zouden kinderen niet aankunnen. Onzin natuurlijk, kinderen zijn slimmer dan je denkt. Door lezen ontdekken zij de wereld. Onze literatuur moet zo veelzijdig zijn als onze wereld. Wat mij betreft is dat de belangrijkste boodschap: het moet vanzelfsprekend zijn in kinderboeken dat queer en diversiteit in de breedste zin van het woord gewoon bij het leven horen.

Zoals in Kattensoep en het recent verschenen Bob Popcorn, waarin de ouders homoseksueel zijn, maar waaraan door de hoofdpersonen geen enkele of slechts zijdelings aandacht wordt besteed. En houdt de vader in Dolfje Weerwolfje er niet vreselijk veel van om zich te verkleden als vrouw? Het wordt (in de film) in beeld gebracht, maar niet benadrukt en al helemaal niet gedramatiseerd.

In een workshop van Bas Maliepaard die ik eerder dit jaar volgde had hij het ook over diversiteit: laten we ons realiseren dat echt heel veel kinderen zich niet herkennen in onze ‘kinderboekenhelden’: witte kindertjes met een vader en een moeder, niet ziek, doof, blind of gehandicapt, niet zwart of bruin of anders gekleurd. Je zou als kind bijna denken dat de personages in een boek nooit op hen kúnnen lijken.

Van de Vendel concludeert terecht dat veel queer jongerenboeken in de jaren ‘80/‘90 bijna allemaal heftige thema’s hadden: de hoofdpersoon was homo én depressief én met zelfmoordneiging of hij/zij had aids. Als je net uit de kast komt, wil je dan lezen hoe slecht het met je gaat aflopen? Natuurlijk niet, je wilt ook romantische verhalen lezen met een goede afloop.

Zie mijn Instagram post over Het lammetje dat een varken is

En deze post over Nooit denk ik aan niets

Young adult, Zelf lezen

Het ongemakkelijke dagboek van Henry K. Larsen

In een ochtend ademloos uitgelezen. Een spannende highschool story en tegelijk een volwassen geworden ‘Leven van een loser’. In ‘Het ongemakkelijke dagboek van Henry K. Larsen’ wordt pas na een kwart van het boek, dat dus een dagboek is (Henry moet dat bijhouden van zijn therapeut Cecil), duidelijk dat het om HET gaat. HET doet denken aan de gebeurtenissen op Colombine High School (maar het is wel een verzonnen verhaal). Henry is de broer van de schutter. De personages zijn levensecht: tragisch en hilarisch. Al op de eerste bladzijde moest ik hardop lachen om de omschrijving van zijn psycholoog: “Ik vermoed dat Cecil niet tot de crème de la crème van de psychologie behoort. Om te beginnen is hij gratis.” Geniaal.

Prentenboeken

Droomopa

Dit boek was ook een serieuze kandidaat voor de gouden griffel en van mij had het ook mogen winnen: Droomopa van Dolf Verroen. In rake zinnen vertelt dit boek het verhaal over de opa van Thomas die plotseling doodgaat als hij bij opa en oma logeert. “Dood hoort bij oude mensen” zegt oma. “Ik ben bijna tien, kom op zeg.” Voor alle stoere kinderen die best over de dood kunnen lezen. Want de dood hoort bij het leven.

Prentenboeken

Naar de wolven

Anna Woltz kan niet alleen prachtige boeken schrijven voor oudere kinderen, maar ook hele fijne prentenboeken. ‘Naar de wolven’ is het verhaal van Fabeltje die opeens een nieuwe huisgenoot heeft. “En het mocht alles. Het mocht binnen poepen. (…) En het kon niet eens mooi zitten.” Fabeltje neemt het mee naar de wolven en dan volgt een spannend avontuur. Met prachtige tekeningen van Dieter Schubert! Ik ben er verliefd op, vooral omdat het zo mooi het thema ‘nieuw broertje/zusje’ aan de orde stelt. Ik lees altijd nog graag ‘Borre en de nachtzwarte kat’ voor over dit thema: een nieuwe huisgenoot voelt voor veel kinderen als een ‘indringer’. Warm aanbevolen dit mooie prentenboek!