Voorleesboeken, Zelf lezen

De eekhoorn legt een ei en andere fabels

Janneke Schotveld met illustraties van Noëlle Smit

Een knallende cover trekt meteen je aandacht: een nieuw boek van Janneke Schotveld, met fabels deze keer!

Fabels zijn dierenverhalen, maar dan wel heel bijzondere, want ze bevatten altijd een wijze les (eerlijk duurt het langst, wie het laatst lacht lacht het best, wie wat bewaart die heeft wat – dat soort lesjes). Dingen die wij mensen eigenlijk wel weten, maar vaak weer vergeten omdat we verblind worden door machtswellust of ijdelheid. Dieren moeten ons vertellen hoe we ons dienen te gedragen.

Fabels zijn natuurlijk al heel oud. Een groot deel van de fabels in deze bundel is gebaseerd op de bestaande fabels van Jean de la Fontaine (1621-1695). Maar Janneke Schotveld schreef ook gloednieuwe fabels, zoals De eekhoorn legt een ei.

Het is een fantastisch voorlees- en zelflees-boek geworden voor kinderen vanaf 6 jaar. Mijn dochter van 15 las een fabel voor aan haar nichtje van 6, en die vond het leuk en grappig. Toevallig was het het eerste verhaal in het boek, over de vele vrienden van Haas, die erachter komt dat vrienden op je telefoon niet altijd echte vrienden zijn die je komen helpen als je in nood bent. Best passend bij de generatie 15-plussers die de hele dag aan Snapchat vastgeplakt zitten. Ook voor hen is de boodschap in de fabel best relevant.

Kortom, ik vind het een geweldige bundel. De schrijfstijl van Schotveld is soepel en leest heerlijk. Ze neemt de lezer serieus en gebruikt gewoon lastige woorden. Onveilig leren lezen, lezen zonder zijwieltjes! En wat een geweldige paginagrote illustraties! Perfect geschikt als voorleesboek in groep 3, 4 en 5 – de fabels zijn niet te lang en je kunt er lekker na afloop nog even over doorpraten. (Bij Gregorius de krekel: vind jij ook dat je altijd naar je ouders moet luisteren? Of bij De kok die zijn kat (bijna) slachtte: moeten alle mensen eigenlijk vegetariër worden?)

Heb jij al zin om het te lezen? Ben jij ook fan van Janneke Schotveld?

Graphic novel, Informatief, Zelf lezen

Rekenen voor je leven

Rekenen voor je leven – Edward van de Vendel & Ionica Smeets, met tekeningen van Floor de Goede

Een boek waar ik al een hele tijd naar uit keek: eindelijk is het er! Een uniek boek over rekenlessen die over het echte leven gaan. Over een schoolklas zoals zovelen, maar met een juf en een meester die het anders willen doen: zonder rekenboek (nou ja, voor de helft dan) en met elke week een rekenvraag van een kind in de klas.

Ondertussen leer je de klas kennen: Roos en Romée zijn verliefd op dezelfde jongen, Patrick wil van voetbal af en Sven wil wat minder onopvallend worden. De kinderen bedenken steeds een vraag die bij hun eigen leven en karakter past. Daardoor is het heel afwisselend en blijf je nieuwsgierig naar de volgende vraag.

De rekenvragen worden steeds door Floor de Goede in stripvorm uitgelegd en dat leest zo leuk! Zijn tekeningen zijn erg grappig en worden vergezeld van uitlegblokjes, bijvoorbeeld over het uitrekenen van het gemiddelde of het vereenvoudigen van breuken.

Leuk is ook dat het boek echt met het schooljaar meegroeit. Het begint bij de start van het schooljaar, bijna halverwege komt er een sinterklaasgedicht en aan het eind is het weer zomer. De hoofdstukken over de kinderen die hun vraag bedenken zijn heel geschikt om voor te lezen. Een strip voorlezen is lastiger, je zou dit op het digibord kunnen laten zien of de kinderen in groepjes het laten lezen.

Rekenen voor je leven wordt vast ook een klassieker. Ik vind het verplichte kost voor alle leraren in Nederland. Rekenen is, net alsof taal, overal en het is belangrijk dat kinderen herkennen waar ze het voor nodig hebben: als er korting is in een kledingwinkel, als je naar de sterren aan het turen bent of wilt weten welk cijfer je moet halen om nog een voldoende te staan…

Wat het rekenwiskunde-aspect betreft kan ik het niet goed beoordelen, maar ik denk dat dat wel snor zit met co-auteur en wiskundemeisje Ionica Smeets. Net als leesonderwijs mag ook het rekenonderwijs meer over het echte leven gaan: een aanbeveling voor alle (aankomende) leraren!

Mijn persoonlijke ervaring met rekenen en rekenonderwijs

Rekenen is niet mijn vak, ik ben veel beter met letters dan met cijfers. En ik vind het dan ook vooral heel leuk om te lézen over rekenen. De logica, de verklaringen en de theorie: daar smul ik van. Op de pabo deed ik ook de montessori-opleiding en daarin zit veel rekenen, want je moet veel met montessorimateriaal kunnen werken zoals het vermenigvuldigbord en de breukencirkels. Concreet maken van bewerkingen werkt voor veel mensen goed en zeker voor mij: als je het voor je ziet kun je het beter begrijpen.

Dit boek deed me denken aan een andere klassieker die ik heb verslonden toen ik op de pabo zat: De telduivel van Hans Magnus Enzensberger. Dit boek verscheen in 1997 en was dus vrij nieuw toen ik het kocht rond 2001. Het is een fantasieverhaal over een jongen die in zijn dromen steeds bezocht wordt door de Telduivel, die hem ingewikkelde wiskundige vraagstukken voorlegt die hij simpel uitlegt, zoals machtsverheffen en driehoeksgetallen. In dit boek staan ook mooie tekeningen, maar het is ook best pittige materie, en juist dat gegeven maakt het tot iets mysterieus voor mensen die een beetje bang zijn voor wiskunde (maar het ook intrigerend vinden), zoals ik.

Informatief, Prentenboeken, Zelf lezen

Te gekke beroepen die echt bestaan – Natalie Labarre

Natuurlijk verschijnen er speciaal voor de Kinderboekenweek veel kinderboeken die bij het thema passen: worden wat je wil. Naast dat er al best veel boeken over dit onderwerp geschreven zijn (en die mogen ook weer in de schijnwerpers!), verschijnen er ook écht vernieuwende boeken, zoals Te gekke beroepen die echt bestaan, geschreven en geïllustreerd door Natalie Labarre, uitgegeven door Gottmer. Dit boek staat ook op de lijst met kerntitels voor groep 5/6. Alle titels staan hier overzichtelijk op een rijtje.

In dit boek vind je geen ‘doorsnee-beroepen’ zoals tandarts, leraar of kapper. Hier ga je meer leren over de beroepen van de toekomst én de beroepen waar je nog nooit van had gehoord, maar waarvan het fijn is dat ze bestaan.

Het boek staat bomvol met dit soort beroepen, zoals de treinduwer, de waterglijbaantester en de eilandbeheerder. Maar het leukste is dat er op elke pagina iets te doen en te vinden is. Het is een zoekboek, een kijkboek, een quizboek en een denkboek. Want terwijl je die maffe beroepen bij langs gaat, word je aan het denken gezet: wil je avontuur in je beroep, wil je schrijven en fantaseren, wil je met dieren werken of juist met computers, waar ben je zelf goed in en hoe kun je dat gebruiken?

Deze vragen komen niet expliciet aan bod maar kun je er dus wel zelf bij bedenken. Dat maakt het tot een interessant boek, ook voor in de klas. De leuke tekeningen, kleurrijke spreads en subtiele grapjes maken het tot een eindeloos leuk boek om mee bezig te gaan.

Aanrader dus!

Meer info: kijk op de website van Gottmer.