Nadat Yorick Goldewijk de Gouden Griffel in 2022 won met Films die nergens draaien keken we natuurlijk allemaal reikhalzend uit naar zijn volgende boek. Films die nergens draaien is zo’n sterk, ontroerend en onvergetelijk verhaal dat we veel meer van deze schrijver willen lezen!
En toen was daar in maart 2023 Duizend & ik. Als ik de eerste recensies moest geloven een heel ander boek dan het vorige, maar tegelijk ook niet. Recensenten hadden moeite om het verhaal te beschrijven, het was zo ongrijpbaar. En toen moest ik het nog lezen…
En ja, inderdaad: het is echt heel moeilijk om het boek te beschrijven. Hoofdpersoon Acht is een intrigerend meisje dat leeft in een wereld waarin wie ze is er niet toe doet. Iedereen lijkt op elkaar. Als je je nek uitsteekt loopt het niet goed met je af. Toch kan Acht het niet laten: ze wil ontsnappen aan die wereld. Ze neemt een levensgroot risico, maar het alternatief – dat alles bij het oude blijft – is nog angstaanjagender.
“Ik ben doodsbang voor mezelf, doodsbang dat het nooit meer goed komt met me.”
En dan ontvouwt zich een bizar en ongrijpbaar avontuur. Daar wil ik inderdaad echt niks over zeggen, want dat verpest jouw leeservaring en die gun ik je zo enorm!
Yorick Goldewijk schrijft weer heel sterk. Ook al is het een bizar verhaal waarbij je heel veel vragen hebt, hij neemt je steeds weer mee in begrijpelijke taal. Hij herhaalt bijvoorbeeld regelmatig een gebeurtenis door de ik-persoon het te laten herbeleven en uit te laten leggen wat er precies gebeurde. Daardoor raak je nooit de draad van het verhaal kwijt.
Kortom: dit boek voor 13+ wil je niet missen. Als je genoten hebt van bijvoorbeeld Quotum, Semper sol, Offline en Autumnville, dan is dit boek echt iets voor jou!!
Yanna is op zoek. Op zoek naar zingeving, de liefde, vriendschap en vooral: naar wie zij is. Als ze in aanraking komt met een groep mensen die strijden tegen de gevolgen van klimaatverandering lijkt het wel alsof ze door de bliksem wordt getroffen. Dat is het! Daar wil ze bij horen, zich voor inzetten. Ze doet mee met een demonstratie en voelt dat ze dáár moet zijn, op dat moment.
“Voor het eerst in mijn leven doe ik iets wat zin heeft. Voor het eerst bepaal ik zelf een beetje de regels. En wie de regels van het spel bepaalt, heeft de meeste kans om te winnen.”
Het heeft grote impact op haar leven, het aansluiten bij de Green Rebels. Ze krijgt nieuwe vrienden. Haar oude vrienden begrijpen haar niet meer. Haar ouders zijn bezorgd en hebben veel vragen. Maar Yanna heeft geen tijd om te antwoorden. Actie moet er komen, en snel!
Ze bedenkt een risicovolle operatie. Ze wil een school bezetten. Want het onderwijs moet veranderen vindt ze: op school moeten jongeren leren om in opstand te komen, activisten te worden. Tijdens een les durft ze te zeggen:
“In de wereld gaat het net als in de klas. De sterkste heeft het voor het zeggen. De mensen met het meeste geld hebben de hoogste contacten en duurste advocaten. (…) Waarom leren we niet hoe we dat kunnen veranderen?”
Yanna is de held van dit verhaal. Een personage waar Jesse van Schaik (2005) zich in kan herkennen. Aan het eind van het boek introduceert Jesse zichzelf: ze voert al jaren actief actie voor het klimaat. Ze was op haar veertiende medeoprichter van Fridays For Future NL en betrokken bij heel veel acties van o.a. Greenpeace en Extinction Rebellion.
Mark Boode schreef dit boek omdat hij een van de oprichters is van Teachers for Climate. Docenten die zich hard maken voor activisme in de klas en op school. Naast de belangrijke boodschap die Boode in dit boek uitdraagt is het ook een spannende en psychologische young adult waarin Yanna een interessante ontwikkeling doormaakt. Haar onzekerheid en zoeken is heel rauw beschreven en daarom zo goed voelbaar. Ze wordt voor het eerst verliefd en het lijkt alsof de hele wereld afwisselend tegen haar is of juist dat alles geweldig is. Niks ertussen in. Precies zoals pubers dat kunnen voelen. Knap gedaan van de schrijver.
Dit boek is een aanrader voor jongeren, hun ouders en docenten in het voortgezet onderwijs. Ik ben benieuwd hoe het verder gaat…
“Is dit de manier om te winnen van de wereld?’
Ik zweet. Ik weet het niet. De wereld is geen film met goodguys en badguys, dit heeft niets te maken met winnen of verliezen. We zijn onderdeel van de wereld.
Wat een indrukwekkend boek! Het begint met het moment waarop Sam, de hoofdpersoon, hoort dat zijn vader niet zijn biologische vader is, een moment waarop zijn leven op zijn kop staat. Wie ben ik? Waar kom ik vandaan? Waarom vertelden mijn ouders dit niet eerder? Allemaal vragen waar Sam en zijn (half!)broer Kai antwoord op zoeken.
Jelmer Soes schreef een boek gebaseerd op zijn eigen ervaringen. Het resultaat is een ontroerend maar vooral meeslepend verhaal over identiteit, relaties, (broeder)liefde en ingewikkelde DNA-structuren en websites met stambomen. Steengoed geschreven en actueel. Een inkijkje in het leven van veel donorkinderen en hun ouders, die worstelen met regelgeving en het recht op anonimiteit. Door dit boek realiseer je je dat het niet voor iedereen vanzelfsprekend is om je biologische vader en moeder te kennen.
Van het vorige boek, Het weeshuis in de azuurblauwe zee, heb ik genoten. Dus ik was nieuwsgierig naar wat Klune nog meer schrijft. Het gefluister achter de deur is een eigenaardig boek. Het zet je aan het denken, maar is tegelijk ook humoristisch. De hoofdpersoon is een overleden man! Hij, Wallace, was een egocentrische advocaat die geen vrienden had en vrekkig leefde. Hij komt na zijn dood terecht in een soort schemerleven in een theehuis met een bijzondere man: Hugo. Door Hugo verandert Wallace volkomen. In die zijn lijkt dit boek op het vorige: twee mannen die elkaar op wonderbaarlijke wijze ontmoeten.
Ik vond dit boek nog sterker dan Het weeshuis in de azuurblauwe zee. De personages zijn levensecht, terwijl er dingen gebeuren die gewoon niet echt kunnen. Het thema: wat is er na de dood? is enorm intrigerend. Ik heb er lang over gedaan om het boek uit te lezen, gewoon omdat ik op de zinnen wilde kauwen en tijd nodig had om erover na te denken. Een fijne leeservaring. Voor lezers vanaf 16 jaar geschikt: jonger dan 16 spreekt het toch nog niet aan denk ik. Klune is een bijzondere nieuwkomer in de wereld van de young adult: een fris, nieuw geluid en het zet hopelijk veel jongeren aan tot lezen!
Voor de fans van Heartstopper! In Deze winter ontdekken we wat er gebeurde in de kerst van het jaar waarin Charlie werd opgenomen voor zijn eetstoornis. Een zwaar jaar voor Charlie. Niet alleen voor hem, maar ook voor zijn omgeving: zijn vriendje Nick, zijn zusje Tori, zijn broertje Oliver en zijn ouders natuurlijk.
Charlie zit helemaal in de knoop met zichzelf. Hij wil niet praten over wat er met hem is gebeurd, maar weet ook van zijn psycholoog dat het goed is om te praten. Kerst is een beladen tijd: er is veel eten (waar hij juist vreselijk moeite mee heeft om iets naar binnen te krijgen) en er komt familie die hem allemaal moeilijke vragen gaan stellen. Voor Charlie is eigenlijk niks te verdragen, behalve een knuffel van zijn vriendje. Daarom vlucht hij tijdens kerstmis het huis uit…
Dit boek is anders dan de eerste vier delen van Heartstopper, die graphic novels zijn. Het wordt een novelle genoemd: een kort verhaal over een korte periode. Het verhaal wordt vanuit drie perspectieven verteld: eerst vanuit Tori, dan Charlie en tot slot kleine Oliver.
Je hebt het boekje razendsnel uit, omdat het maar 100 pagina’s telt, maar ook omdat je er vanaf het begin weer helemaal in zit. Als je genoten hebt van de boekenserie én de Netflixserie, dan ben je gaan houden van de personages. Het is net alsof je even met ze kunt praten en kunt vragen hoe het met ze is.
Voor de liefhebbers is dit echt een musthave: een toevoeging aan de graphic novels en een heerlijke kerst-editie, want dit boek ademt (ook al houd je er niet eens van) kerst! Het is hier te koop.
Een heerlijk lezende young adult over jezelf zijn, verslaving, de wereldproblemen waar ook jongeren mee worstelen en het grote wonder dat toeval heet. Leonne en Peer ontmoeten elkaar aan het begin van hun Pieterpad-avontuur. Ze komen elkaar steeds weer tegen en het lijkt voorbestemd: wat kunnen zij van elkaar leren?
Peer en Leonne komen om en om aan het woord. Daardoor leer je hen beiden goed kennen. Dat is functioneel voor het verhaal, merk je gaandeweg. Op een gegeven moment duikt er nog een meisje op, Nicky, en ontspint zich een driehoeksrelatie. Peer doet zich steeds voor als iemand anders: waarom is dat?
Het Pieterpad kent iedereen. Toch is het leuk dat Marike Goslinga een kaartje met de route voorin het boek zette. Ver komen ze niet op de route, want het grootste deel van het verhaal speelt zich af in de stad Groningen. Voor mij als Groninger een feest der herkenning, vele plekken die ze beschreef herkende ik.
Erg sterk boek! Vanaf 12+ te lezen, goed voor brugklassers!
“Ik zou serieus willen dat ik niet bestond. Ik vind er niks meer aan. Mijn moeder en vader wensen elkaar de hel toe. Mijn broertje is veel verder weg dan ik had verwacht, ik ben vanavond echt geschrokken hoe weinig er van hem over is.
Ik wil de oude Sanne terug, de Sanne van vóór de middelbare school, de Sanne die plezier had, veel lachte en zich nergens zorgen om maakte. Waar is zij gebleven?”
Een verhaal dat binnenkomt. Over de impact van een vreselijke vechtscheiding op kinderen. Niemand die hen iets vraagt, hoe het gaat, wat zij fijn vinden, hoe zij zich voelen. Het is hartverscheurend beschreven in dit boek, dat makkelijk wegleest omdat het ook over andere problemen gaat: de eerste verliefdheid, vriendschap. De stijl doet me denken aan de 12+ boeken van Carry Slee.
Of het herkenbaar is weet ik (gelukkig) niet uit eigen ervaring. Ik denk wel dat het mooi is dat er een boek is dat specifiek over dit onderwerp gaat en waarmee het gesprek op gang kan worden gebracht. Hoe voelde jij je toen je ouders scheidden? Luisterden ze wel naar jou?
Bram leeft in een streng christelijke omgeving: elke zondag twee keer naar de kerk, leven naar de bijbel en elke dag bidden. Hij weet niet anders, totdat hij gevoelens krijgt voor jongens. In de preek van de dominee hoort hij dat het verkeerd is om homo te zijn. Bram is een binnenvetter, hij praat niet over zijn gevoelens met zijn ouders. Op school probeert hij ‘gewoon’ te zijn en verliefd te worden op meisjes. Maar hoe harder hij het probeert, hoe meer zijn twijfels, vragen en frustraties harde vormen aan gaan nemen, een eigen leven leiden. Bram krijgt heftige paniekaanvallen. Zo erg dat hij een eind aan zijn leven wil maken.
Het boek begint met dit eindbeeld: Bram die dodelijke pillen bestelde, een afscheidsbrief schreef en de pillen achterover slaat. En dan nemen we een sprong in de tijd, want Bram wordt vrijwillig opgenomen op Ameland om aan zichzelf te werken: zijn zelfmoordpoging is dus mislukt, weten we nu. Zo werkt het begin en eind van het verhaal langzaam naar elkaar toe. We komen steeds meer te weten over Brams zoektocht naar zijn identiteit als kind/jongere, het waarom van zijn zelfmoordpoging en de therapie die hij volgt op Ameland.
Een mooie verteltechniek die goed past bij dit verhaal. In de therapiegroep op Ameland zitten nog vijf andere jongeren (begin twintigers) die allemaal ook weer zo hun eigen aanleiding hebben om een periode zich terug te trekken voor intensieve (groeps)therapie. Het is boeiend om te lezen over elk van hen, hoe ze geworden zijn wie ze nu zijn, wat hun leven vormde. Het verhaal van Bram voert de boventoon, maar door de andere verhalen leer je ook meer over hem.
Er gebeurt veel, daar op Ameland. De ene heftige gebeurtenis volgt op de andere. Het is ook niet niks om jong te zijn in deze tijd van sociale media, discriminatie, polarisatie. Ondanks dat het verhaal gaat over volwassenen van boven de 20 jaar, is het boek toch geschikt voor veel jongere lezers, vanaf 14 jaar ongeveer denk ik. Het is eenvoudig geschreven en boeiend, juist ook voor tieners die worstelen met hun geaardheid en hoe ze zich moeten verhouden tot hun geloof.
De manier waarop het christelijke geloof in het boek benaderd wordt vond ik mooi en inspirerend. Zonder teveel weg te willen geven over de afloop, kan ik wel zeggen dat ik aangenaam verrast werd. Op veel manieren biedt dit boek aanknopingspunten om met jongeren in gesprek te gaan over homoseksualiteit, uit de kast komen, mentale problemen zoals angststoornissen, denken over zelfdoding en de christelijke kerk.
Een waardevol debuut, ik heb het met plezier gelezen. Ik ontving van KokBoekencentrum een recensie-exemplaar.
Oef, wat een verrassend boek. Zo op het eerste gezicht zou je het niet zeggen: een Barbiehoofd op de voorkant en een weinigzeggende titel, maar dit voelde voor mij echt als een bloedstollende thriller! Het verhaal is weer lekker bizar zoals we dat van Tim Gladdines gewend zijn, maar dit boek bevat ook nog eens enorm veel suspense: de koude rillingen liepen over mijn rug, ik heb er een nachtmerrie over gehad en tijdens het lezen was ik voortdurend bezig met die ene vraag: hoe loopt dit in godsnaam af?
“Het gezin zit om de ronde tafel, ieder in zijn eigen windstreek. Geert op het oosten.”
Het leven van Geert is overzichtelijk en beklemmend. De dagen verlopen volgens een vast patroon, in een typisch jaren ‘80 gezin met gedopte boontjes, de kerk en vader achter zijn krant. Geert is 15 jaar, maar gedraagt zich jonger. Hij heeft geen vrienden, maar wel een rijke verbeelding. Op school wordt hij getreiterd en thuis ook, door zijn vader die losse handjes heeft en al begint te slaan als Geert alleen maar “ja, maar…” zegt.
Op een dag krijgt zijn zus Hilde een Ken-pop voor haar Barbie-verzameling. Het begin van het einde: vanaf dat moment zal Geerts leven nooit meer hetzelfde zijn. De pop begint tegen Geert te praten. Geert is dat wel gewend, hij ‘praat’ ook met andere dingen: zijn fiets, een regenpijp. Maar dit is anders. Ken begint een eigen leven te leiden. Hij duikt op de kamer van Geert, zit plotseling in zijn tas. Zet hem aan tot acties die hij eigenlijk helemaal niet wil. Maar Geert is gevoelig voor de aandacht, hij heeft voor het eerst een ‘vriend’. Maar het loopt zo uit de hand met de stemmen in zijn hoofd dat Geert een tijdje opgenomen moet worden in een psychiatrische kliniek.
“Ken ziet eruit alsof hij rechtstreeks uit de verpakking komt. Misschien is hij inderdaad een soort engel.”
Als hij terugkomt op school is de Ken-pop weg, maar is er een nieuwe jongen in de klas. Hij lijkt sprekend op Ken en blijkt ook nog eens zo te heten. Vanaf dag 1 wil hij de vriend zijn van Geert. Ken lijkt bezeten. Hij beïnvloedt Geert in alles in zijn leven. Het lijkt wel of Geert geen eigen wil meer heeft. De ene na de andere bizarre gebeurtenis volgt elkaar op. Er is geen houden aan. Dit is het moment waarop je tijdens het lezen regelmatig de adem wordt ontnomen. Het is té bizar, maar tegelijkertijd zó levensecht en onontkoombaar. Als een monster dat steeds maar weer in je dromen verschijnt. Ook Geerts vader raakt betrokken bij Ken. De vader-zoonrelatie lijkt te veranderen. Verdwijnt Ken ooit echt uit hun leven?
Vele thema’s worden aangeraakt in dit boek. Ouderschap, opvoeding en grenzen aangeven. Maar vooral ook identiteit, zelfsturing en zelfvertrouwen. Onderwerpen waar vrijwel iedere adolescent mee worstelt. Geert is een kwetsbare jongen, gevoelig voor pesterijen en hij ontwikkelt een binnenwereld die voor hem werkelijkheid is geworden. Geert heeft psychische problemen – stemmen horen, gedicteerd worden, geen eigen wil meer hebben – helaas een ziektebeeld dat soms ook jongeren treft.
Ik heb zoals gezegd een nare nachtmerrie gehad over dit boek. Het verhaal hield me dusdanig bezig dat ik er best lang over heb gedaan om het uit te lezen, ondanks dat het een pageturner is. Maar ik werd er af en toe misselijk, onpasselijk van. Zo dichtbij komen de personages: zelfs Ken, de levende pop zonder vingerafdruk. Dit alles is natuurlijk een dikke vette promo voor dit boek, want het is ook heerlijk om te griezelen. Maar als je daar niet van houdt, ben je gewaarschuwd! Wat mij betreft mogen de boeken van Gladdines vaker op de tiplijstjes van boeken voor jongeren verschijnen. Koning Valentijn vond ik ook steengoed. Zijn boeken verdienen een groot publiek!
Dit tweeluik – wat mij betreft een meesterwerk – is enorm intrigerend en zet je aan het denken over onze wereld, oorlogen, conflicten, de klimaatverandering en overbevolking. Het is als een film die op zichzelf al briljant was en waarvan je niet verwacht dat het in deel 2 nog spectaculairder kan (wat dus wel kan). Ik vond het heel lastig om er een compacte blog over te schrijven. Maar wauw, wat een boek.
Ik zou aanraden om Quotum deel 1 (nog een keertje) te lezen voordat je aan dit laatste deel van Project Z begint. Maar beginnen met deel 2 kan ook: er wordt genoeg uitgelegd over wat er vooraf is gebeurd.
In deel 1 – Quotum I – maken we kennis met de twee broers Axel en Tommy en hun vriendin Sunny. Ze zijn slinkers, mensen die hun leven moesten ‘halveren’ om zo te zorgen dat onze aarde (het verhaal speelt in de verre (?) toekomst) niet uitgeput raakt.
Er zijn teveel mensen op de aarde, vindt de Wereldraad. Op alle continenten worden rigoureuze maatregelen genomen om van het teveel aan mensen ‘af te komen’ en het quotum te halen. In de Euro-Unie, het huidige Europa, worden de slinkers ingevoerd. Een gruwelijke werkelijkheid voor veel mensen: zij raken van de ene op de andere dag hun fijne leventje kwijt, mogen niet naar school, geen geld verdienen, geen energie verbruiken, kortom niet meer meedoen in de maatschappij.
Een geheime organisatie, de Angeli Terrae (aardengelen), stellen zich op als extremisten en schakelen bovendien hoogstpersoonlijk slinkers (of collaborateurs) uit die op hun duivelslijst staan. Axel en Tommy zijn de helden in Quotum deel 1, want ze redden de levens van vele slinkers. Het einde van deel 1 laat ons echter achter met nog veel vragen.
Gelukkig is daar Semper Sol, deel 2: hier zijn de broers ook weer onverschrokken. Ze komen terecht in een Krimpkamp waar nooit iemand uit komt. Groenland heeft inmiddels geen ijs meer en wordt ‘het beloofde land’. Is het dat ook? Axel en Tommy verzinnen de meest creatieve oplossingen voor problemen, maar treuren tegelijkertijd nog over hun ouders, die spoorloos verdwenen zijn.
De verhaallijn is complex en tegelijk glashelder: de wereld moet gered worden van de ondergang. Er lijkt geen uitweg te zijn uit het geweld, het angst- en haatzaaien en het polariseren: dit alles hebben president Foxen en zijn ‘fluisteraars’ (de aardengelen) op hun geweten. Wie staat aan welke kant? Wie is te vertrouwen en wie niet? En de ‘gevallen’ aardengel die bevriend raakte met Axel en Tommy, staat hij nog steeds aan hun kant?
Er komen veel associaties bovendrijven. Verwijzingen naar het verleden, onder andere de Tweede Wereldoorlog. De invoering van de slinkerstand doet in sommige opzichten denken aan de jodenvervolging. Maar ook: hoe actueel het verhaal is: bijvoorbeeld de vluchtelingenstroom uit Oekraïne en de toestand op Cyprus op dit moment. Soms werd het me tijdens het lezen wat te veel. We leven ook in zo’n ingewikkelde tijd.
We zuchten allemaal onder het klimaatprobleem, de politieke leiders die vluchtelingen weigeren, de oorlog uitroepen en die grenzen dicht gooien. We willen allemaal woonruimte, genoeg te eten en te drinken en een veilige leefomgeving. Teveel mensen op één plek veroorzaakt acuut problemen. Hoe overleeft de mens op deze planeet? Wie mag blijven leven en wiens leven is (wie bepaalt dat?) minder waardevol? Hoe houden we het uit met elkaar? Dat is een grote vraag en door dit briljante tweeluik ga je genuanceerder denken over dit soort ingewikkelde vraagstukken.
Er is een oplossing, maar hij is niet populair. Als je dit boek leest, krijg je een idee welke kant het op kan gaan. Vriendschap, solidariteit, bescheidenheid en broederschap spelen in elk geval een belangrijke rol: zonder deze dingen is er in elk geval geen hoop meer. Het goede zal altijd overwinnen.
Ongelooflijk knap hoe Marloes Morshuis deze wereld creëerde, die verontrustend realistisch tegen de onze aan schuurt: een verhaal dat enorm spannend is en vol zit met suspense: je kunt het bijna niet wegleggen. Ondanks de serieuze onderwerpen is het ook licht en humoristisch. Een aanrader voor lezers vanaf 15 jaar en hun ouders; voor docenten filosofie, geschiedenis en maatschappijleer verplichte kost.