Enne Koens is een van mijn lievelingsschrijvers en Ik ben Vincent en ik ben niet bang een van mijn lievelingsboeken. Ze heeft zo’n eigen, fijne schrijfstem dat ik elke keer weer ontroerd raak. Dat doet ze met boeken voor oudere kinderen, zoals dus over Vincent, maar ook in Vandaag komen we niet meer thuis. Maar ook voor 8+ schrijft ze verhalen die de lezer, het kind, serieus nemen. De twee boeken over Sammie bijvoorbeeld (Sammie en opa en Sammie en mama). Nu is er onlangs een nieuw 8+ boek verschenen: Bommel en ik.
Ik ben dol op het klassieke Dickens-verhaal A christmas carol. Schrijversduo Marlene Rebel en Lucinda Vos duidelijk ook, want hun nieuwste boek – Flos en het glazen Paleis – is geïnspireerd op dit verhaal. Het verhaal over de verbitterde oude vrek die op kerstavond bezocht wordt door verschillende geesten wordt in dit boek gesitueerd in het Amsterdam ten tijde van de 1e Wereldoorlog, specifiek in het Paleis voor Volksvlijt, het gebouw dat in 1929 tot de grond toe afbrandde. Flos speelt de hoofdrol in het verhaal waarin verleden, heden en toekomst op een magische manier aan elkaar verbonden worden.
De Slash-serie van Querido – boeken die geschreven zijn op basis van het waargebeurde levensverhaal van een bijzondere jongere – is weer helemaal terug van weggeweest! En dat is goed nieuws, want verhalen die uit het leven gegrepen zijn spreken jongeren erg aan. Kijk maar naar het succes van de vele youtubers en influencers die jongeren inspireren en een inkijkje geven in een andere wereld.
Het boek dat Milouska Meulens schreef samen met Benito Walker had niet op een beter moment kunnen verschijnen. In de media gaat het de laatste tijd veel over pleegzorg, vanwege het verschrikkelijke nieuws van een pleegmeisje uit Vlaardingen dat zo mishandeld werd door haar pleegouders dat ze geen normaal leven meer kan leiden. Het zijn excessen, natuurlijk gaat er heel veel goed in pleeggezinnen. Maar niet in dat van Benito Walker, die zijn verhaal aan Milouska vertelde en waarop zij haar boek baseerde met fictieve personages.
Elke keer als er een nieuwe titel van Pim Lammers verschijnt ben ik extra blij: omdat hij gewoon is doorgegaan met prachtige boeken schrijven, ondanks de bak ellende die hij over zich heen kreeg zo’n twee jaar geleden. Pim Lammers heeft de wereld nog zoveel moois te vertellen! Hij heeft het talent om de stem van het kind zó treffend te beschrijven, met liefde en aandacht voor het kleine. In zijn nieuwe dichtbundel Ben je vergeten dat babygeitjes bestaan spat het leesplezier van de bladzijden! En dat komt niet alleen door de gedichten, maar ook door de prachtige illustraties van Nadia Meezen.
Zouden we dit jaar dan eindelijk weer eens sneeuw krijgen tijdens de kerstdagen? En ook al gebeurt het niet, met dit boek krijg je helemaal het gevoel dat hoort bij een witte kerst.
Durf, het debuut van schrijfster Liz Huisman, is een boek als een warme deken. Tijdens het lezen voelde het net zo fijn en gezellig als het gevoel dat je kunt krijgen van een goede kerstfilm: liefde, geborgenheid en gezelligheid. En ook al houd je helemaal niet zo van kerst en zoetsappige films: het verhaal heeft meer in petto, want er zit ook een serieuze ondertoon in.
Wist je dat in de Zuid-Franse stad Grenoble in 2014 alle reclame uit het straatbeeld is verdwenen? In plaats daarvan is er meer ruimte voor groen en ruimte voor stadsbewoners. Wat zou jij ervan vinden als dit in jouw dorp of stad werd ingevoerd?
Dagelijks worden we (onbewust) gebombardeerd met vele reclames en activerende teksten. Naast alle uitingen die je bovendien elke dag op je mobiel of computerscherm ziet, zijn dat een heleboel prikkels die je brein overuren laten maken. Marc ter Horst schreef een boek over dit onderwerp: Dit wil je lezen!
Het circus blijft tot de verbeelding spreken. Het is een wereld die heel veel kinderen niet van binnen kennen, maar waar ze wel erg nieuwsgierig naar zijn. De magie van de grote tent die opeens buiten een dorp of stad staat, de wagens en de lichtjes, en altijd trekken ze weer door na een tijdje – naar de volgende plek.
Loetje woont met zijn ouders dicht bij het strand. Hij gaat bijna elke dag met zijn vriend Kars op zoek naar mooie dingen die aangespoeld zijn. Zijn ‘jutsels’, zoals hij ze noemt, neemt hij mee naar huis. Het huis ligt vol met mooie spullen. Tenminste, dat vindt hij. Zijn vader vindt het vooral veel troep. Zijn ouders maken veel ruzie, ook over de troep. Als ze uit elkaar gaan, voelt Loetje zich schuldig. Ligt het aan hem?
Loetje wil niet meer jutten, en ook geen verhalen meer verzinnen bij alle spullen die hij vindt. Maar dan ontmoet hij Wiets, die ook een ‘verhalenvisser’ is. Van Wiets leert hij dat hij nooit hoeft te stoppen met fantaseren en verhalen bedenken.
Dit ontroerende en fijne verhaal doet denken aan de verhalen van Wouter Klootwijk: de kinderen spelen veel buiten, genieten van de natuur en van avonturen beleven. Maar er zit een diepere laag in het verhaal over echtscheiding die het meer gewicht geeft. Daardoor wordt het een serieuzer verhaal, maar het houdt ook een zekere luchtigheid. Het is een heerlijk boek om voor te lezen, dat kan al vanaf 7 à 8 jaar. Kinderen die dichtbij of wat verder weg te maken krijgen met ouders die gaan scheiden, kunnen steun ervaren als ze het verhaal lezen.
Illustrator Tineke Meirink kennen we van het schitterende boek Wij zijn even naar de verte. Daarin spelen de fantasiefiguren, gemaakt van gevonden dingen zoals stenen, schelpen, stukjes hout en plastic, de hoofdrol. Ook in dit boek maken Loetje en Wiets deze figuren, ze noemen ze strandschilderijen. Ze vertellen een verhaal, en helpen Loetje om te verwerken wat hij allemaal meemaakt.
Conny Palmkvist is een Zweedse jeugdboekenauteur die in 2024 onverwacht hoge ogen gooide met het prachtige boek De trein van vier over twaalf. Het kwam binnen op de lijst van de Grote Vriendelijke 100 in 2024 als hoogste vertaalde nieuwe binnenkomer, op plek 47.
Nu is er een nieuw boek, eveneens met een prachtige cover door Jeska Verstegen: dat mag gezegd, Kluitman besteedt veel aandacht aan zijn literaire werken. Sowieso hebben ze goede schrijvers binnengehaald, Mariska Overman (De zomer die alles was) zit ook bij deze uitgever.
55 meter onder water bouwt voort op de structuur en opbouw die Palmkvist in zijn vorige boek ook gebruikte. Een kwetsbaar, dromerig jongetje, Bengt Gustav, zit vast in zijn thuissituatie: vader is alcoholist, zijn vrouw is bij hem weggegaan en liet haar zoon bij hem achter. Bengt Gustav is enorm loyaal naar zijn vader en vergeeft hem keer op keer als hij weer teveel heeft gedronken. Volwassenen om hem heen maken zich zorgen, maar grijpen niet in.
Dan ontdekt Bengt Gustav een oud vervallen pand waar hij terug kan in de tijd. Hij wil het verleden veranderen zodat zijn vader geen alcoholist zal worden. Zal dat hem lukken?
Het is wederom een bijzonder goed geschreven (en vertaald) verhaal dat je met een brok in de keel achterlaat. Toch stoorde het me dat de schrijver weer hetzelfde trucje uithaalt: de hoofdpersoon wil het verleden veranderen zodat het in het nu anders zal gaan. In De trein van vier over twaalf om te voorkomen dat zijn moeder zal overlijden. Ook al is het mooi gedaan, ik vind het jammer dat hij niet een origineler invalshoek kon kiezen.
Qua thematiek (verslaving, ouderschap) en emoties (loyaliteit, eenzaamheid) een fijn en herkenbaar boek dat ik graag zou aanraden om voor te lezen vanaf groep 7, zelf lezen kan al vanaf 9 jaar.
Als je de boeken van Kate DiCamillo kent, weet je dat haar stijl onmiskenbaar is. Ze schrijft over gewone kinderen die buitengewone dingen meemaken, maar ook over poppen die tot leven komen. Dat doet ze met een enorme portie humor en veel beeldende taal, doorspekt met veel uitdagende woorden. Haar liefde voor taal en de binnenwereld van het kind is overduidelijk. Wat mij betreft is Ferris, het laatste boek dat nu in het Nederlands is verschenen bij Querido, een staalkaart van haar kunnen.