
Oh, Joke van Leeuwen! Mijn absolute lievelingsschrijver vanaf het moment dat ik Een huis met zeven kamers las, dat was ongeveer toen ik 9 jaar was, in 1988 (!).
En haar nieuwste boek, Ik ben hier, doet me zo denken aan het kleine lezertje dat ik vroeger was en dat genoot van de maffe verhalen en geniale tekeningen. Haar vertelstem is voor mij zo vertrouwd én tegelijkertijd zo verrassend, want haar kijk op de wereld blijft er een met ‘kinderogen’. Zo knap, dat iemand al haar hele leven lang zoveel prachtig werk maakt, zoveel kwaliteit, geen enkel boek stelde mij teleur. Ik hoop dat ze daar nog lang mee door mag gaan.
Joke van Leeuwen schrijft nu, in 2022, weer een steengoed verhaal: een verhaal over het water, het vergaan van de wereld, maar ook over hoop. Jona blijft als enige over bovenop een enorm hoog kantoorgebouw in een dorpje dat op het allerlaagste punt ligt. Jona doet er alles aan om gezien te worden, ze haalt allerlei spullen uit het gebouw en legt daarmee de woorden ‘Ik ben hier!’
Het boek heeft een waanzinnige spanningsopbouw. Want dit meisje, moederziel alleen bovenop een kantoorgebouw: komt dat nog goed? Geniaal hoe Joke van Leeuwen dat doet. Zonder zielig te doen, want Jona blijft positief. Het is ook best een beetje eng, want alle lampen in het gebouw zijn uitgevallen door het water.
Er zitten weer heerlijke (taal)grapjes in, zoals het maken van een geheimschrift, een vragenlijst voor opzoeking (voor als je iemand kwijt bent) en letters maken met suikerklontjes. Jona is in alles echt een kind, ondanks de ellende waar ze in zit. En ze geniet dan ook van heel hard door de gang crossen op een bureaustoel en door het groene glas van een tafel kijken (Joke van Leeuwen geeft hiermee een subtiele sneer naar alle ‘grote mensen’)
“Naast de bank stond een lage tafel met een blad van groen glas.
Jona ging eronder liggen, op haar rug. Het paste net, want het was een lage tafel. Nu zag ze alles in het groen. Dat was mooi. De directeur van deze kamer wist vast niet hoe mooi het was om door dat groene glas te kijken.
Alles werd veel minder saai.
En heel hoopvol ook.
Maar grote mensen deden zulke dingen niet. Sommige misschien wel, maar de meeste niet.”




Joke van Leeuwen heeft in haar leven nog maar één keer een Gouden Griffel gewonnen, voor Deesje (1986). Wat mij betreft mag Ik ben hier! volgend jaar weer eens Goud krijgen. Het heeft zoveel zeggingskracht, is actueel, grappig en mysterieus. Ik weet zeker dat kinderen en volwassenen van dit verhaal zullen smullen. Geschikt voor lezers vanaf 7/8 jaar.
Nog even over Een huis met zeven kamers: dit was haar 2e boek en verscheen al in 1979, mijn geboortejaar. Ik vrees dat het niet meer zo vaak gelezen wordt, behalve dan door veertigers zoals ik, die er warme herinneringen aan hebben. Maar het boek is tijdloos en kan nog steeds! Ik vind ook dat het een plekje op de GV100 verdient. (En ik zal er dit jaar wederom op stemmen!)