
‘Denk je dat je iemand kan missen en tegelijk kwaad op hem kan zijn?’
De grote broer van King, Khalid, is overleden en King en zijn ouders zijn in diepe rouw. King gaat op zijn eigen manier om met zijn verdriet. Khalid komt ‘s nachts in zijn dromen bij hem en praat met hem over het leven. Khalid was zijn grote voorbeeld, een optimistische en vrolijke jongen. Er is één ding waar hij echter heel boos over is: Khalid heeft hem gezegd dat hij geen homo mag zijn, iets wat King hem met veel moeite heeft verteld. Zwart zijn én homo is in Amerika (en in veel andere delen van de wereld) helaas vaak een dodelijke combinatie. King is bang om alles te verliezen en om door niemand geaccepteerd te worden. Zwart zijn daar kan hij niks aan doen, maar homo zijn is wie hij is en wat hij wil zijn.
Dat hij ontdekte dat hij homo was komt door Sandy, een zachtaardige jongen die eerst zijn vriend was en die hem vertelde dat hij ook homo is. Khalid wilde niet dat King nog met Sandy omging toen hij hoorde dat hij homo was. Sandy heeft het ook moeilijk, zijn vader – de sheriff – mishandelt hem. Hij loopt weg en schuilt in een tent bij King in de tuin. Vanaf het moment dat King hem daar vindt is hij betrokken bij de verdwijning van Sandy – en hij verraadt hem niet.
King en de drakenvlinders werd ‘jeugdboek van het jaar’ (een soort Gouden Griffel) in Amerika en dat is geheel terecht. Het is een opzienbarend boek. Een hoofdpersoon die zwart is én homo is nog nooit vertoond volgens de auteur in het nawoord. Hij wilde deze jongeren een stem geven. In poëtische taal en met veel aandacht voor kleur, omgeving en zintuiglijke ervaringen leef je mee met King en Sandy. Ook de rol van de ouders van King wordt heel mooi uitgewerkt. Prachtig boek.