Als je er even doorheen zit en je voelt je stom en sip, kijk dan eens naar de natuur om je heen. Het kan je kamerplant zijn, een hooiwagenspin in de hoek van de kamer of je eigen huisdier. Wat een kunst is het toch hoe dieren en planten in elkaar zitten. Ik kijk graag naar details, zoals kleine insecten buiten, of mos tussen tegels. En het blijft fascinerend om de natuur te bekijken als hij zijn gang gaat: de golven die heen en weer gaan, vogels die scharrelen langs de waterkant, een kikker die een mug vangt.
Een debuut bij Lemniscaat! Daar ben ik natuurlijk erg nieuwsgierig naar. Dat jouw verhaal uit enorme stapels manuscripten wordt gepikt, is een eer en een bevestiging dat je iets moois en bijzonders hebt gemaakt. Dan zijn de verwachtingen hooggespannen!
Hè, hoezo? Nou, dat ga je leren als je Dit boek is vóór de wolf leest. Een boek voor beginnende lezers, een mix van fictie en non-fictie, maar daarnaast ook een pamflet en een oproep aan het kabinet om anders naar de wolf te kijken. Want als we meer weten over wie de wolf is, waarom hij doet zoals hij doet, kunnen we rustig met hem samenleven, betoogt schrijver Bibi Dumon Tak.
Ik vind Tjibbe Veldkamp toch wel echt de meester in de geniale plots voor prentenboeken. Een prentenboek maken lijkt makkelijk: een illustratie met wat tekst erbij, maar schijn bedriegt. Elk woord moet raak zijn, omdat het er niet teveel mogen zijn, de illustraties en de tekst moeten elkaar aanvullen en liefst heeft het verhaal iets extra’s waardoor je verrast wordt. Bijvoorbeeld door wondermooie, cryptische zinnen, zoals deze:
“Op een dag durfde Daan de dingen die hij altijd durfde.”
Gaston heeft een beste vriend, Fons. Maar op een dag laat hij de hamster van Fons vallen: de hamster breekt zijn nekje en gaat dood. Fons wil daarna niet meer met Gaston praten. Gelukkig heeft Gaston een huisdier gekregen van zijn opa die bij hem in huis woont: een eendenkuiken. Hij noemt hem ook Fons. De twee worden beste maatjes. Gaston ziet hoe Fons groeit. En ondertussen groeit er ook iets in de buik van zijn mama. Ze hebben niet zoveel aandacht voor Gaston, hij voelt zich best alleen. Als Fons de eend opeens wegvliegt maakt Gaston zich zorgen. Nu heeft hij helemaal niemand meer. Of toch?
Wat een wonderbaarlijk boek! Een avonturenverhaal, een zoektocht, een mysterie, feitjes over bestaande en niet-bestaande dieren en vooral veel, héél veel mooie zinnen… Dit boek blaast je omver!
Vega is een meisje dat alleen een vader en een opa heeft. Ze woont op een merkwaardig eiland in de vorm van een giraf. Op het vasteland is ze nog nooit geweest. Haar moeder heeft ze ook nooit gekend en haar vader en opa vertellen haar er nooit iets over – ze is er gewoon niet. Vega’s vader is saai en houdt niet van de rijke fantasie die Vega heeft. Ze vertelt wel over de fantastische dieren die ze ziet onderweg van school naar huis en andersom, maar hij wil het horen. Waarom niet?
Wat een fijn, warm en leerzaam boek! Voor iedereen die van vogels houdt of er juist meer over wil leren. Je leert heel veel vogelsoorten kennen door de ogen van Suus, die er graag in haar eentje met haar verrekijker op uittrekt om vogels te spotten.
Maar op een ijskoude ochtend staat ze oog in oog met een wel heel bijzondere vogel: een pratende roerdomp!
Maya mag een huisdier, maar wat moet ze kiezen? Ze weet te weinig van huisdieren om een goede keuze te maken. Maar gelukkig is daar haar klas: een paar kinderen gaan haar helpen door alles te vertellen over hun huisdier!
Zo’n praktisch en handig onderwerp voor een kinderboek, het is gek dat zo’n boek er nog niet was! Uitgeverij Boycott maakte er bovendien een fraai vormgegeven informatief boek van, dat lekker opvalt in de kast en dat kinderen vanaf 7/8 jaar vast steeds maar weer opnieuw willen lezen/voorgelezen krijgen.
Natuurlijk komen de kat, de hond en de goudvis voorbij. Maar ook de wat onbekendere huisdieren zoals de leguaan en de rat. Er zijn veel weetjes over deze dieren die ik ook echt niet kende! Ik vroeg me bijvoorbeeld altijd al af of een goudvis je kan herkennen en waarom je de gordijnen dicht moet dan als kanaries los in je kamer mogen vliegen.
Wat fijn is, is de opbouw in vaste kopjes zoals eten, speeltijd en hygiëne. Daardoor kun je de dieren goed met elkaar vergelijken. Maar achterin het boek is heel handig ook nog een overzicht opgenomen! Daarin staan vragen zoals ‘wil je knuffelen met je huisdier?’ en ‘hoeveel tijd heb je per dag tijd voor je huisdier?’ Zo wordt kiezen makkelijker! Maar natuurlijk is het nemen van een huisdier een grote verantwoordelijkheid en moet je het altijd met je ouders afstemmen. Ook daar wordt in dit boek aandacht aan besteed.
Wat een fijn en troostrijk prentenboek is dit. Ik vind de kleuren van de cover – paarsblauw en limoengroen – al heel mooi bij elkaar passen. De illustraties, gemaakt door een voor mij onbekende illustrator (ik hoop er meer van te gaan zien!), zijn stuk voor stuk kunstwerken. En het verhaal is weer verrassend en grappig zoals we van Van de Vendel gewend zijn.
‘Ik kijk,’ zei de Veldmuis, ‘en ik kijk. Naar jullie. Naar jullie ogen. Naar jullie plezier, naar óns plezier. EN IK HAD DUS TOCH GELIJK!’ (…) ‘DE ZON DIE HEEFT ZIJN RESTJES IN ONS GESTOPT!’
Jolien Janzing heeft al meerdere historische romans geschreven, maar Atta is haar eerste jeugdboek. Verschenen bij Lemniscaat en geïllustreerd door de geweldige Linde Faas.